forked from Helsinki-NLP/Tatoeba-Challenge
-
Notifications
You must be signed in to change notification settings - Fork 0
/
Copy pathtest.txt
1852 lines (1852 loc) · 98.1 KB
/
test.txt
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161
162
163
164
165
166
167
168
169
170
171
172
173
174
175
176
177
178
179
180
181
182
183
184
185
186
187
188
189
190
191
192
193
194
195
196
197
198
199
200
201
202
203
204
205
206
207
208
209
210
211
212
213
214
215
216
217
218
219
220
221
222
223
224
225
226
227
228
229
230
231
232
233
234
235
236
237
238
239
240
241
242
243
244
245
246
247
248
249
250
251
252
253
254
255
256
257
258
259
260
261
262
263
264
265
266
267
268
269
270
271
272
273
274
275
276
277
278
279
280
281
282
283
284
285
286
287
288
289
290
291
292
293
294
295
296
297
298
299
300
301
302
303
304
305
306
307
308
309
310
311
312
313
314
315
316
317
318
319
320
321
322
323
324
325
326
327
328
329
330
331
332
333
334
335
336
337
338
339
340
341
342
343
344
345
346
347
348
349
350
351
352
353
354
355
356
357
358
359
360
361
362
363
364
365
366
367
368
369
370
371
372
373
374
375
376
377
378
379
380
381
382
383
384
385
386
387
388
389
390
391
392
393
394
395
396
397
398
399
400
401
402
403
404
405
406
407
408
409
410
411
412
413
414
415
416
417
418
419
420
421
422
423
424
425
426
427
428
429
430
431
432
433
434
435
436
437
438
439
440
441
442
443
444
445
446
447
448
449
450
451
452
453
454
455
456
457
458
459
460
461
462
463
464
465
466
467
468
469
470
471
472
473
474
475
476
477
478
479
480
481
482
483
484
485
486
487
488
489
490
491
492
493
494
495
496
497
498
499
500
501
502
503
504
505
506
507
508
509
510
511
512
513
514
515
516
517
518
519
520
521
522
523
524
525
526
527
528
529
530
531
532
533
534
535
536
537
538
539
540
541
542
543
544
545
546
547
548
549
550
551
552
553
554
555
556
557
558
559
560
561
562
563
564
565
566
567
568
569
570
571
572
573
574
575
576
577
578
579
580
581
582
583
584
585
586
587
588
589
590
591
592
593
594
595
596
597
598
599
600
601
602
603
604
605
606
607
608
609
610
611
612
613
614
615
616
617
618
619
620
621
622
623
624
625
626
627
628
629
630
631
632
633
634
635
636
637
638
639
640
641
642
643
644
645
646
647
648
649
650
651
652
653
654
655
656
657
658
659
660
661
662
663
664
665
666
667
668
669
670
671
672
673
674
675
676
677
678
679
680
681
682
683
684
685
686
687
688
689
690
691
692
693
694
695
696
697
698
699
700
701
702
703
704
705
706
707
708
709
710
711
712
713
714
715
716
717
718
719
720
721
722
723
724
725
726
727
728
729
730
731
732
733
734
735
736
737
738
739
740
741
742
743
744
745
746
747
748
749
750
751
752
753
754
755
756
757
758
759
760
761
762
763
764
765
766
767
768
769
770
771
772
773
774
775
776
777
778
779
780
781
782
783
784
785
786
787
788
789
790
791
792
793
794
795
796
797
798
799
800
801
802
803
804
805
806
807
808
809
810
811
812
813
814
815
816
817
818
819
820
821
822
823
824
825
826
827
828
829
830
831
832
833
834
835
836
837
838
839
840
841
842
843
844
845
846
847
848
849
850
851
852
853
854
855
856
857
858
859
860
861
862
863
864
865
866
867
868
869
870
871
872
873
874
875
876
877
878
879
880
881
882
883
884
885
886
887
888
889
890
891
892
893
894
895
896
897
898
899
900
901
902
903
904
905
906
907
908
909
910
911
912
913
914
915
916
917
918
919
920
921
922
923
924
925
926
927
928
929
930
931
932
933
934
935
936
937
938
939
940
941
942
943
944
945
946
947
948
949
950
951
952
953
954
955
956
957
958
959
960
961
962
963
964
965
966
967
968
969
970
971
972
973
974
975
976
977
978
979
980
981
982
983
984
985
986
987
988
989
990
991
992
993
994
995
996
997
998
999
1000
gos nld k Hol van sukkeloa. Ik hou van chocolade.
gos nld Doe hest te haard waarkt. Je hebt te hard gewerkt.
gos nld Mainstekaans. Waarschijnlijk.
gos nld Tom holdt van mie, en k hol van Tom. Tom houdt van mij en ik hou van Tom.
gos nld Mainstekaans nait. Waarschijnlijk niet.
gos nld Hai het ain bruier en twij zusters. Hij heeft één broer en twee zussen.
gos nld k Wait dat dit nait stoer is. Ik weet dat dit niet moeilijk is.
gos nld Binnen joe vernuimd? Bent u beroemd?
gos nld Aine van zien kollegoas fluusterde. Eén van zijn collega's fluisterde.
gos nld k Kais joe. Ik kies u.
gos nld Vool het n leutje stittje. De veulen heeft een kort staartje.
gos nld Hai las slim veul. Hij las erg veel.
gos nld Hai is op vekaanzie. Hij is op vakantie.
gos nld Vree is beter as oorlog. Vrede is beter dan oorlog.
gos nld k Schoot. Ik schoot.
gos nld k Kin stoer oamen. Ik kan moeilijk ademen.
gos nld Der binnen 187.888 meren ien Finlaand. Er zijn 187.888 meren in Finland.
gos nld Houveul landen binnen der ien Uropa? Hoeveel landen zijn er in Europa?
gos nld Hai kwam. Hij kwam.
gos nld Dit is stoer. Dit is moeilijk.
gos nld Tom was beter as k. Tom was beter dan ik.
gos nld Komt hai? Komt hij?
gos nld Spreekst Skots-Goals? Spreek je Schots-Gaelisch?
gos nld Wel natuur vernaggelt, holt nait van kiender. Wie de natuur vernielt, houdt niet van kinderen.
gos nld Mien opa is dood. Mijn opa is dood.
gos nld Mayuko dook ien t kolle wotter. Mayuko dook het koude water in.
gos nld Houveul lu binnen der ien Uropa? Hoeveel mensen zijn er in Europa?
gos nld k Mós perbaaiern. Ik moest het proberen.
gos nld Wèl rent ter haarder, Yumi of Keiko? Wie rent er sneller, Yumi of Keiko?
gos nld Hai is hier aargenswoar. Hij is hier ergens.
gos nld Neefkes leggen aaier. Vliegen leggen eieren.
gos nld k Zaag autobus. Ik zag de bus.
gos nld Zai wachtte. Zij wachtte.
gos nld "Holst van mie?" "k Wait nait." „Hou je van me?” „Ik weet het niet.”
gos nld k Hol van worrels. Ik hou van wortels.
gos nld Mag k dizze klaid pazen? Mag ik deze jurk passen?
gos nld Hai bleef allain. Hij bleef alleen.
gos nld 't Kin mie niks verrekn. Het kan me niets schelen.
gos nld Zai zong. Zij zong.
gos nld Kin k kommen? Mag ik komen?
gos nld k Heb gain faveriete laid. Ik heb geen favoriet liedje.
gos nld Dizze winkel sloet om negen uur soavonds. Deze winkel sluit om negen uur 's avonds.
gos nld Luuster doe? Luister je?
gos nld Hou loat goat joen traain? Hoe laat gaat uw trein?
gos nld Zai is aacht joar old. Ze is acht jaar oud.
gos nld Schier! Mooi!
gos nld k Kin rieden. Ik kan rijden.
gos nld Neem toukommende bus. Neem de volgende bus.
gos nld t Vroor! Het vroor!
gos nld Kinst dien moeke autorieden? Kan je moeder autorijden?
gos nld k Hol van die! Ik hou van je!
gos nld Spreken joe Skots-Goals? Spreken jullie Schots-Gaelisch?
gos nld Tom is klouk. Tom is slim.
gos nld Woar is bus? Waar is de bus?
gos nld Zai atten. Zij aten.
gos nld Dien antwoord is goud. Jouw antwoord is goed.
gos nld Fraans is muilek. Frans is moeilijk.
gos nld Koierst doe? Wandel je?
gos nld Marie het n dezain aaier neudeg. Marie heeft een dozijn eieren nodig.
gos nld Heur fietse is beter as mienent. Haar fiets is beter dan de mijne.
gos nld Tiene, twinteg, datteg, vatteg, viefteg, zesteg, zeuventeg, tachteg, negenteg, honderd. Tien, twintig, dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig, negentig, honderd.
gos nld k Dòcht aan t zulfde. Ik dacht aan hetzelfde.
gos nld k Ook. Ik ook.
gos nld Doe was mien faveriet. Jij was mijn favoriet.
gos nld k Begun smirregs. Ik begin 's middags.
gos nld Doe kòcht n pappegoai. Je kocht een papegaai.
gos nld Plietsie kwam. De politie kwam.
gos nld Wie lopen noar binnen. Wij lopen naar binnen.
gos nld Wat kookst? Wat kook je?
gos nld Schrief dit aan. Schrijf dit op.
gos nld Wat hest kòcht? Wat heb je gekocht?
gos nld Zai laigt! Ze liegt!
gos nld k Knovvelde Tom vot. Ik duwde Tom weg.
gos nld k Denk dat joe baaide hom kennen. Ik denk dat jullie hem allebei kennen.
gos nld k Ken hom beter as wel din ook. Ik ken hem beter dan wie dan ook.
gos nld Tom is mien kollegoa en mien vrund. Tom is mijn collega en mijn vriend.
gos nld Veul lu dij k kin, wonen ien Austroalie. Veel mensen die ik ken, wonen in Australië.
gos nld k Kin nait zain. Ik kan niet zien.
gos nld Tom haar ongeliek. Tom had ongelijk.
gos nld Wat veur soort slik is dien faveriet? Wat voor soort snoep is je favoriet?
gos nld Veul bloumen bluien ien lìnte. Veel planten bloeien in de lente.
gos nld Kop d'r veur holdn! Sterkte!
gos nld Hai is nog jong. Hij is nog jong.
gos nld Gain probleem. Geen probleem.
gos nld t Laandschop was nait te beschrieven. Het landschap was niet te beschrijven.
gos nld k Kom. Ik kom.
gos nld Nog aine! Nog een!
gos nld Doe taikendest. Je tekende.
gos nld Dizze klaid is veul te groot veur mie. Deze jurk is veel te groot voor mij.
gos nld Tom het zegd dat hai Mary nait smokt het. Tom heeft gezegd dat hij Mary niet heeft gekust.
gos nld k Kin koken. Ik kan koken.
gos nld k Ree. Ik reed.
gos nld Wel kloagt? Wie klaagt?
gos nld k Bin n leroares. Ik ben lerares.
gos nld Dien antwoord is juust. Jouw antwoord is juist.
gos nld Moi wichter. Hallo meiden.
gos nld Wat lezen joe? Wat bent u aan het lezen?
gos nld k Kom oet Drìnthe. Ik kom uit Drenthe.
gos nld Hai speult beter pioano as k. Hij speelt beter piano dan ik.
gos nld Kook ain aai. Kook één ei.
gos nld Zie haar n bloum ien heur haand. Ze had een bloem in haar hand.
gos nld Mien bruier kin net zo haard runnen as k. Mijn broer kan net zo hard lopen als ik.
gos nld Nai? Nee?
gos nld Moi hè. Goedendag.
gos nld Hier is autobus. Hier is de bus.
gos nld Dizze bloume is gruin. Deze bloem is groen.
gos nld Wie hebben heur! We hebben haar!
gos nld Holst doe van solm? Hou je van zalm?
gos nld Leunen van stoul brook. De leuning van de stoel brak.
gos nld Kopen! Kopen!
gos nld k Vuil mie vaaileg bie die. Ik voel me veilig bij jou.
gos nld k Vuilde hail gelukkeg. Ik voelde me heel gelukkig.
gos nld k Kin nait kloagen. Ik kan niet klagen.
gos nld Houveul lu? Hoeveel mensen?
gos nld Hai spreekt bekjegaauw. Hij spreekt heel snel.
gos nld Hai taargt hond. Hij treitert de hond.
gos nld k Ken joen voader. Ik ken uw vader.
gos nld Sami von islam n grofdoadeg geleuf. Sami vond de islam een geweldige religie.
gos nld Kom mit mie daanzen! Kom met me dansen!
gos nld Sami leerde over islam. Sami leerde over de islam.
gos nld Sami blikjewaarpt zien leven. Sami vlogt zijn leven.
gos nld Zai sloapen. Ze slapen.
gos nld k Bin old. Ik ben oud.
gos nld Houveul köst dat? Hoeveel kost dat?
gos nld k Heb n vrund neudeg. Ik heb een vriend nodig.
gos nld Doe vernaggelt altied alens. Je vernielt altijd alles.
gos nld Wie taiken. We tekenen.
gos nld Tom helpt zien kollegoas. Tom helpt zijn collega's.
gos nld Staarf! Sterf!
gos nld k Verkoop kovvie. Ik verkoop koffie.
gos nld Joe wonen ien Belfast. Jullie wonen in Belfast.
gos nld Doe deest niks aanders? Je deed niets anders?
gos nld Kin k schraaien? Kan ik huilen?
gos nld k Kin goud zingen. Ik kan goed zingen.
gos nld Kinnen joe ons helpen? Kunnen jullie ons helpen?
gos nld Zai zeden dat zie eerliek dòp waren. Ze zeiden dat ze echt blut waren.
gos nld Sommege van dizze bouken binnen mient. Sommige van deze boeken zijn van mij.
gos nld Hai kwam hier aan veur mirreg. Hij kwam hier aan voor de middag.
gos nld k Gruide. Ik groeide.
gos nld k At joen eerbaaien. Ik at jullie aardbeien.
gos nld k Kom oet Kolumbia. Ik kom uit Columbia.
gos nld k Bin n Stadjer. Ik ben een Groninger.
gos nld Sloap. Slaap.
gos nld Doe zigst ter hail muide oet. Je ziet er erg moe uit.
gos nld k Drònk kovvie. Ik dronk koffie.
gos nld Grootmoe kiekt geern kiekkaast. Grootmoeder kijkt graag tv.
gos nld Let mie nait valen. Laat mij niet vallen.
gos nld Tom holt van worrels. Tom houdt van wortels.
gos nld Knienen eten geern worrels. Konijnen eten graag wortelen.
gos nld Tom gaf mie n pobbe. Tom gaf me een pop.
gos nld Sami was n aaldoagse moslim. Sami was een gewone moslim.
gos nld Snij dekte bus. Sneeuw bedekte de bus.
gos nld Vaarf dreugt veul te gaauw ien zun. De verf droogt veel te snel in de zon.
gos nld Burj Khalifa is nou hoogste wolkenkrabber ien wereld. Burj Khalifa is momenteel de hoogste wolkenkrabber ter wereld.
gos nld Willen joe goan? Wilt u gaan?
gos nld Ien haarst valen bloadjen of. In de herfst vallen de bladeren af.
gos nld Serieus? Woarom? Serieus? Waarom?
gos nld Der hong dook boven revier. Er hing mist boven de rivier.
gos nld Hai kin lopen. Hij kan lopen.
gos nld Hai bleef runnen. Hij bleef rennen.
gos nld k Hol van Tom zien ogen. Ik hou van Toms ogen.
gos nld Holst doe van laks? Hou je van zalm?
gos nld ''Woar komst heer?'' ''k Kom oet Paries.'' "Waar kom jij vandaan?" "Ik kom uit Parijs."
gos nld Onmeugelk. Onmogelijk.
gos nld Verget hom. Vergeet hem.
gos nld Maria is n websteezemelmoarze. Maria is een influencer.
gos nld Tom lait zien potlood valen. Tom liet zijn potlood vallen.
gos nld Joe aarven niks. U erft niks.
gos nld Hai begunde te zingen. Hij begon te zingen.
gos nld Stoarst noar muur. Je staart naar de muur.
gos nld Jong het n bouk kòcht. De jongen heeft een boek gekocht.
gos nld Kin k zingen? Kan ik zingen?
gos nld k Kin t vuilen. Ik kan het voelen.
gos nld Joe kinnen nou goan meneer. U kunt nu gaan, meneer.
gos nld Gammel? Honger?
gos nld Bloume is rood. De bloem is rood.
gos nld Tom en k binnen nou drij joar traauwd. Tom en ik zijn nu drie jaar getrouwd.
gos nld Kovvie is kold. De koffie is koud.
gos nld k Heb ain bruier en twij zusters. Ik heb één broer en twee zussen.
gos nld Doe lopst noar binnen. Jij loopt naar binnen.
gos nld Woarschienlek. Waarschijnlijk.
gos nld k Zwem ien revier. Ik zwem in de rivier.
gos nld Wat is dien faveriete meziek? Wat is jouw lievelingsmuziek?
gos nld Het Bob geliek? Heeft Bob gelijk?
gos nld Mary is laanker as heur zuster. Mary is langer dan haar zus.
gos nld Doezend joar is n millennium. Duizend jaar is een millennium.
gos nld Doe zongst. Je zong.
gos nld Kin k liepen? Mag ik huilen?
gos nld k Woon ien Luxembörg. Ik woon in Luxemburg.
gos nld t Wordt winter. Het wordt winter.
gos nld Wèl is aan bod om òf te wassen. Wie is aan de beurt om af te wassen?
gos nld Zai zwom. Zij zwom.
gos nld k Ken joen voader. Ik ken jullie vader.
gos nld Doe zait beter as k. Je ziet beter dan ik.
gos nld Geven joe les? Geeft u les?
gos nld Dainj, Jim. Bedankt, Jim.
gos nld Doe bist n vraauw. Je bent een vrouw.
gos nld Wie hebben hom! We hebben hem!
gos nld Tom eet. Tom eet.
gos nld Mien man is Kanadees. Mijn man is Canadees.
gos nld Doe bist schier. Ik vind jou leuk.
gos nld Dochst eerliek da'k mit die zol daanzen? Dacht je echt dat ik met je zou dansen?
gos nld Kin k zain? Mag ik zien?
gos nld k Kin lezen. Ik kan lezen.
gos nld k Bin dien keunenk. Ik ben jouw koning.
gos nld Drinkt Tom kovvie? Drinkt Tom koffie?
gos nld Woarom ik? Waarom ik?
gos nld Hou kinnen joe mie? Hoe kent u me?
gos nld Joe vervoarden. U verhuisde.
gos nld k Bin nog nooit ien Uropa west. Ik ben nog nooit in Europa geweest.
gos nld Wat lezen joe? Wat zijn jullie aan het lezen?
gos nld Wel het Biebel schreven? Wie heeft de bijbel geschreven?
gos nld Zai verdween Ze verdween.
gos nld Hier komt bus. Hier komt de bus.
gos nld Niks zeggen! Niets zeggen!
gos nld t Is mirreg. Het is middag.
gos nld Beter swaiten as bibbern. Beter zweten dan bibberen.
gos nld k Bleef runnen. Ik bleef rennen.
gos nld Wie hebben gain sukker. We hebben geen suiker.
gos nld k Gruide op ien dizze noaberschop. Ik groeide op in deze buurt.
gos nld k Droug mien faveriete klaid. Ik droeg mijn favoriete jurk.
gos nld Ieslaand is n aailaandstoat ien Noord-Atlantische Ozeoan tussen Gruinlaand, Fereurailanden en Noorwegen. IJsland is een eilandstaat in de Noord-Atlantische Oceaan tussen Groenland, de Faeröer en Noorwegen.
gos nld Spreken joe Kataloans? Spreken jullie Catalaans?
gos nld k Koop slik en koekjes. Ik koop snoep en koekjes.
gos nld Wie borduren n boomke. Wij borduren een boompje.
gos nld Dat hebben wie nait ien Uropa. Dat hebben we niet in Europa.
gos nld Wie binnen beter as zai. Wij zijn beter dan zij.
gos nld Doe laigst. Je liegt.
gos nld Joe laigen! Jullie liegen!
gos nld k Hol van vertoalen. Ik hou van vertalen.
gos nld t Koronavirus ontston ien Sina. Het coronavirus is in China ontstaan.
gos nld k Vind t wel best. Ik vind het goed.
gos nld k Kin die nou nait helpen. Ik kan je nu niet helpen.
gos nld Pampier is oetvonden ien China. Papier is uitgevonden in China.
gos nld Beter laggen as grienen. Beter lachen dan wenen.
gos nld Doe bist mien faveriet. Jij bent mijn favoriet.
gos nld k Kin aal oetleggen. Ik kan alles uitleggen.
gos nld t Helpt ons ekonomie. Het helpt onze economie.
gos nld Eerst dòcht k dat zie zaik was. Eerst dacht ik dat ze ziek was.
gos nld Betty zel veur mirreg kommen kinnen. Betty zal voor de middag kunnen komen.
gos nld Moi. Dag.
gos nld Zie laip terog noar heur hotel. Ze liep terug naar haar hotel.
gos nld Tom zel Austroalie bezuiken. Tom zal Australië bezoeken.
gos nld Is zai beter as k? Is zij beter dan ik?
gos nld k Kin nait sloapen. Ik kan niet slapen.
gos nld Hai vaalt. Hij valt.
gos nld Genog! Genoeg!
gos nld k Bin nou aan t leren. Ik ben nu aan het leren.
gos nld Woar woonst? Waar woon je?
gos nld Drink kovvie. Drink koffie.
gos nld Wat hebben joe kòcht? Wat heeft u gekocht?
gos nld k Kón mien ogen nait loven. Ik kon mijn ogen niet geloven.
gos nld Zai mot aargenswoar wezen. Ze moet ergens zijn.
gos nld Begriepst doe? Begrijp je?
gos nld k Eet geern viskloetjes. Ik eet graag kibbeling.
gos nld Kiekst doe kiekkaast? Kijk je televisie?
gos nld k Heb bloudend goagel. Ik heb bloedend tandvlees.
gos nld Zai stolen. Zij stalen.
gos nld Houveul köst dizze buusdouk? Hoeveel kost deze zakdoek?
gos nld k Heb n Aai. Ik heb een ei.
gos nld Kadde sloapt op toavel. De kat slaapt op tafel.
gos nld Elkenain wachtte. Iedereen wachtte.
gos nld Binnen dizze aaier per dezain? Zijn deze eieren per dozijn?
gos nld Veul haail en zegen ien t nijjoar! Gelukkig Nieuwjaar!
gos nld k Bin Mary, vraauw van Tom. Ik ben Mary, Toms vrouw.
gos nld Wie hebben twai kinder. We hebben twee kinderen.
gos nld Sikkom. Bijna.
gos nld Is t ien t Fins schreven? Is het in het Fins geschreven?
gos nld k Kin t naauw loven. Ik kan het nauwelijks geloven.
gos nld Doe schriefst. Jij schrijft.
gos nld Kinnen joe mie n pampieren puutje geven? Kunt u mij een papieren zakje geven?
gos nld Mòt k die helpen? Moet ik je helpen?
gos nld Zien ogen binnen blaauw. Zijn ogen zijn blauw.
gos nld Visk smoakte noar laks. De vis smaakte naar zalm.
gos nld Tom opende n bier. Tom opende een biertje.
gos nld k Betoal. Ik betaal.
gos nld Wizzen joe dat? Wisten jullie dat?
gos nld Zai laipen noar hoes. Zij liepen naar huis.
gos nld Hai meldt hom bie dokter. Hij meldt zich bij de dokter.
gos nld Wat hebben joe moakt? Wat hebben jullie gemaakt?
gos nld k Goa ien revier zwemmen. Ik ga zwemmen in de rivier.
gos nld Dit laand verdaint beter. Dit land verdient beter.
gos nld Kikkers eten mugge. Kikkers eten vliegen.
gos nld Tom snee worrels. Tom sneed de wortels.
gos nld k Kom oet Nederlaand. Ik kom uit Nederland.
gos nld k Aarf niks. Ik erf niks.
gos nld Wat is dien faveriete meziek? Wat is jouw favoriete muziek?
gos nld k Bin joen keunenk. Ik ben jullie koning.
gos nld k Wol nooit traauwen. Ik wilde nooit trouwen.
gos nld t Is n snijman. Het is een sneeuwman.
gos nld Sloapst doe, Tom? Slaap je, Tom?
gos nld k Speul. Ik speel.
gos nld Lag nait. Lach niet.
gos nld Douden elkenain vil, kwam hai onderop te liggen. Toen iedereen viel, kwam hij onderop te liggen.
gos nld Wie laipen noar hoes. Wij liepen naar huis.
gos nld k Kin kommen. Ik kan komen.
gos nld Haarst geliek. Je had gelijk.
gos nld Let mie ais perbaaiern. Laat me eens proberen.
gos nld Mary wil n dezain aaier. Mary wil een dozijn eieren.
gos nld Potloden worden per dezain verkòcht. De potloden worden per dozijn verkocht.
gos nld Hai het n hond. Hij heeft een hond.
gos nld Hier? Hier?
gos nld Om en bie vaaier joar leden begunde mien hakzeen pien te doun en wer ter mie verteld dat t hakzeenvuur was. Ongeveer vier jaar geleden begon mijn achillespees pijn te doen en werd er mij verteld dat het achillespeesontsteking was.
gos nld k Loof die. Ik geloof je.
gos nld Schaai oet! Stop!
gos nld Mòst dat aine duttje nog open. Je moet dat ene deurtje nog open zien te maken.
gos nld Zai is beter as wie. Zij is beter dan wij.
gos nld Zie holden van nkander. Ze houden van elkaar.
gos nld Sami leerde Layla over islam. Sami leerde Layla over de islam.
gos nld Woar proaten joe over? Waar praten jullie over?
gos nld Zien moeke haar geliek. Zijn moeder had gelijk.
gos nld Hai schrieft. Hij schrijft.
gos nld Zai was aan t gappen. Ze was aan het stelen.
gos nld k Bin Duuts. Ik ben Duits.
gos nld Guster heb k haile dag sloapen. Ik heb gisteren de hele dag geslapen.
gos nld t Ìnde van wereld komt. Het einde van de wereld komt eraan.
gos nld Let ais zain. Laat eens zien.
gos nld Doar komt autobus. Daar komt de bus.
gos nld Denk! Denk na!
gos nld Wat hest zegd dat doe heur op heur verjoardag geven haarst. Wat hebt ge gezegd dat ge haar op haar verjaardag gegeven hadt?
gos nld Doe bist mien vrund. Je bent mijn vriend.
gos nld Spreekst doe Galizjoans? Spreek je Galicisch?
gos nld Geef mie n stuk pampier. Geef mij een stuk papier.
gos nld Wat lezen joe? Wat leest u?
gos nld Zie drinkt gain kovvie. Ze drinkt geen koffie.
gos nld Kist doe hier kwietstrieken? Kan je hier contactloos betalen?
gos nld Wat het kòcht? Wat heb je gekocht?
gos nld Joe binnen kollegoas. Jullie zijn collega's.
gos nld Zai bleven runnen. Zij bleven rennen.
gos nld Zai luustern nait noar mie. Ze luisteren niet naar mij.
gos nld Doe dronkst. Je dronk.
gos nld Mòt k mien hoar knippen? Moet ik mijn haar knippen?
gos nld Wel is betunteld? Wie is in de war?
gos nld Zai laigt. Ze liegt.
gos nld k Heb mien man verloaten. Ik heb mijn man verlaten.
gos nld Pampier is wit, stainkool swaart. Papier is wit, steenkool zwart.
gos nld Ien Itoalje mag nait ien traain smookt worden. In Italië mag in de trein niet worden gerookt.
gos nld k Bin n wichtje. Ik ben een meisje.
gos nld Zai loog. Ze loog.
gos nld Komt Tom? Komt Tom?
gos nld Wienen is heufdstad van Oostenriek. Wenen is de hoofdstad van Oostenrijk.
gos nld Tjoender bleek bie n sekte te heuren. De tovenaar bleek bij een sekte te zitten.
gos nld Zai taikent. Ze tekent.
gos nld Bist betunteld? Ben je in de war?
gos nld Luxembörg is heufdstad van Luxembörg. Luxemburg is de hoofdstad van Luxemburg.
gos nld Vaarf dreugde hail gaauw. De verf droogde heel snel.
gos nld Wie laiten hom goan. Wij lieten hem gaan.
gos nld k Hol van daaier. Ik hou van dieren.
gos nld Nai, pabbe. Nee, papa.
gos nld Joe binnen mien faveriet. U bent mijn favoriet.
gos nld Wat leest doe? Wat ben je aan het lezen?
gos nld Zai is sikkom 20. Ze is bijna 20.
gos nld Goa noar geroazie. Ga naar de garage.
gos nld Houveul moal bist doe ien Uropa west? Hoeveel keer ben je in Europa geweest?
gos nld 't Is weer haafst. Het is weer herfst.
gos nld k Gruide op ien bargen. Ik groeide op in de bergen.
gos nld Zai het smirregs naauw eten. Ze heeft 's middags nauwelijks gegeten.
gos nld Houveul wilst doe? Hoeveel wil je?
gos nld Aal goud? Alles goed?
gos nld Dizze bloume is broen. Deze bloem is bruin.
gos nld Tom zee dat hai zol wachten. Tom zei dat hij zou wachten.
gos nld k Drink gain kovvie. Ik drink geen koffie.
gos nld k Kom nait oet Uropa. Ik kom niet uit Europa.
gos nld Danke. Bedankt.
gos nld k Keek ien koelkaast. Ik keek in de koelkast.
gos nld Doe luusterdest. Je luisterde.
gos nld Nuver. Prachtig.
gos nld k Bin dòp. Ik ben blut.
gos nld De hond vong t vlaais. De hond ving het vlees.
gos nld Nederlaand wordt ''Nederlân'' nuimt ien t Frais. Nederland wordt ''Nederlân'' in het Fries genoemd.
gos nld Zai spreekt Duuts. Ze spreekt Duits.
gos nld Bestoat hai? Bestaat hij?
gos nld Wond atterde. De wonde etterde.
gos nld k Hoat worrels. Ik haat wortels.
gos nld Koelkaast is dicht. De koelkast is dicht.
gos nld Joe binnen nait old. Jullie zijn niet oud.
gos nld Is t slim? Is het erg?
gos nld k Bin n vraauw. Ik ben een vrouw.
gos nld k Bin n Bol. Ik ben een Stier.
gos nld Gandhi haar geliek. Gandhi had gelijk.
gos nld Sami was betunteld. Sami was in de war.
gos nld Ons noaberske het n rib broken. Onze buurvrouw heeft een rib gebroken.
gos nld k Bin blieder nou. Ik ben blijer nu.
gos nld Smörgens drink k aaltied kovvie. Ik drink 's ochtends altijd koffie.
gos nld k Goa mit Ricardo. Ik ga met Ricardo.
gos nld Tom en k binnen tröts op ons zoon. Tom en ik zijn trots op onze zoon.
gos nld t Paarzekboomke komt oet Duutsland. Het Perzikboompje komt uit Duitsland.
gos nld Wel is dien faveriet? Wie is jouw favoriet?
gos nld Wat was Tom zien stam? Wat was Toms achternaam?
gos nld k Gaf Tom n smok. Ik gaf Tom een kus.
gos nld Wie motten ovvers brengen. We moeten offers brengen.
gos nld Doe begreepst. Je begreep.
gos nld Kiek gain kiekkaast. Kijk geen televisie.
gos nld Doe zeest da's van Tom hil. Je zei dat je van Tom hield.
gos nld k Hoat neefkes. Ik haat muggen.
gos nld Kovvie is kloar. De koffie is klaar.
gos nld Kiek, kiek! Kijk, kijk!
gos nld Zai eten geern kedoaverstoaven. Ze eten graag frikandellen.
gos nld Waist zien stam nog? Weet je zijn achternaam nog?
gos nld Kairo is heufdstad van Egypte. Caïro is de hoofdstad van Egypte.
gos nld Welkent stad woonst doe ien? In welke stad woon je?
gos nld Zai is sikkom zesteg. Ze is bijna zestig.
gos nld Het Tom geliek? Heeft Tom gelijk?
gos nld Elkenain wis. Iedereen wist het.
gos nld t Frais, Selterfrais en Noordfrais binnen Fraise toalen. Het Fries, Saterfries en Noord-Fries zijn Friese talen.
gos nld k Kin nait oamen. Ik kan niet ademen.
gos nld Dien stam is nuimd. Je achternaam is genoemd.
gos nld Op oljoarsoavend eten ze euliekouken ien Nederlaand. Op oudejaarsavond eet men oliebollen in Nederland.
gos nld Is zie Nederlaands? Is zij Nederlands?
gos nld Hou laank woonst al hier? Hoe lang woon je al hier?
gos nld k Kin nait! Ik kan niet!
gos nld Persies! Precies!
gos nld k Hoat temoaten. Ik haat tomaten.
gos nld Mien schoonzuster is Nederlaands. Mijn schoonzus is Nederlands.
gos nld Hest doe wat zoepen? Heb je wat karnemelk?
gos nld Wie hebben kiekplaotjes. We hebben afbeeldingen.
gos nld Hai pruift t eten. Hij proeft het eten.
gos nld Let moar. Laat maar.
gos nld Zai is aan t taiken. Ze is aan het tekenen.
gos nld Kinnen wie doar viskern? Kunnen we daar vissen?
gos nld k Kom oet Zeeilaand. Ik kom uit Zeeland.
gos nld Wie stipten ons kees ien mosterd. Wij doopten onze kaas in de mosterd.
gos nld Doe mòst t eerst mit dien ollu bespreken. Je moet het eerst met je ouders bespreken.
gos nld Taiken n leutje cirkel. Teken een kleine cirkel.
gos nld k Kom oet Afrin. Ik kom uit Afrin.
gos nld Zai slaip. Zij sliep.
gos nld Wie aarven niks. Wij erven niks.
gos nld Meschain. Misschien.
gos nld Wie kinnen! We kunnen!
gos nld Willen joe hier taiken? Wilt u hier tekenen?
gos nld Hest doe bier? Heb je bier?
gos nld Houveul heufdsteden het Zuudafrikoa? Hoeveel hoofdsteden heeft Zuid-Afrika?
gos nld Dizze revier is braidste van Uropa. Deze rivier is de breedste van Europa.
gos nld Hier is bus. Hier is de bus.
gos nld Zai het hail kört hoar. Ze heeft heel kort haar.
gos nld Houveul heufdsteden het Zuud-Afrika? Hoeveel hoofdsteden heeft Zuid-Afrika?
gos nld Tom is smui as n oape. Tom is even lenig als een aap.
gos nld k Kin mörgen kommen. Ik kan morgen komen.
gos nld Goeiedag eem. Goedendag.
gos nld Zai wacht. Zij wacht.
gos nld Wie spreken. We spreken.
gos nld Wie vergatten. We vergaten.
gos nld Hai zwom. Hij zwom.
gos nld Mien schuld. Mijn schuld.
gos nld k Bin Nederlaands. Ik ben Nederlands.
gos nld k Wil da's goast. Ik wil dat je gaat.
gos nld Goan joe mit traain? Gaan jullie met de trein?
gos nld Is dien pa n dokter? Is jouw vader een dokter?
gos nld Zai is twij moanden old. Ze is twee maanden oud.
gos nld n Zoalige Kerstmis aan elkenain! Een gelukkige kerst aan iedereen!
gos nld Tom zel perbaaiern Maria dervan te overtuugen joen aanbod te aanvoarden. Tom zal proberen Maria ervan te overtuigen uw aanbod te aanvaarden.
gos nld t Binnen stoere tieden. Het zijn moeilijke tijden.
gos nld k Heb twij boksems kòcht. Ik heb twee broeken gekocht.
gos nld k Hol van mieghommels. Ik hou van mieren.
gos nld k Hol van dij blaauwe kleur. Ik hou van die blauwe kleur.
gos nld Planten gruien gaauw noa regen. Planten groeien snel na regen.
gos nld k Bin nog gain grootmoe. Ik ben nog geen oma.
gos nld Kin k goan? Kan ik gaan?
gos nld k Kom oet Noord-Hollaand. Ik kom uit Noord-Holland.
gos nld Koelkaast is fies. De koelkast is vies.
gos nld k Kin t mie nait heugen. Ik kan het me niet herinneren.
gos nld k Kin. Ik kan.
gos nld Da's n schier pak. Dat is een mooi pak.
gos nld ''Hou loat is t nou?'' ''t Is twinteg noa drije.'' „Hoe laat is het nu?” „Het is twintig over drie.”
gos nld Hou old is joen koelkaast? Hoe oud is jullie koelkast?
gos nld Houveul köst t? Hoeveel kost het?
gos nld Mary zòng vrouger beter as nou. Mary zong vroeger beter dan nu.
gos nld Hail slim! Heel erg!
gos nld Haren zai t? Hadden ze het?
gos nld Hai runde. Hij rende.
gos nld k Heb dizze klaid zulf moakt. Ik heb deze jurk zelf gemaakt.
gos nld Vekaanzie is sikkom om. De vakantie is bijna om.
gos nld k Woon ien Grunnen. Ik woon in Groningen.
gos nld Woar goat braif over? Waar gaat de brief over?
gos nld Zai stuurde hom n bericht. Zij stuurde hem een bericht.
gos nld Dit hebben wie nait ien Uropa. Dit hebben we niet in Europa.
gos nld k Kin aal heuren. Ik kan alles horen.
gos nld Doe hest dien potlood valen loaten. Je hebt je potlood laten vallen.
gos nld k Wait nait wat dat is. Ik weet niet wat dat is.
gos nld Kieken joe kiekkaast? Kijkt u tv?
gos nld Ien moskee zat Sami op vlouer. In de moskee zat Sami op de vloer.
gos nld Zai taiken n hond en n hoes. Ze tekenen een hond en een huis.
gos nld Aubergine, worrel, temoat. Aubergine, wortel, tomaat.
gos nld k Help. Ik help.
gos nld Oelen binnen wieze. Uilen zijn wijs.
gos nld Kin k kommen? Kan ik komen?
gos nld Zie respekteren nkander. Ze respecteren elkaar.
gos nld Zai runt. Zij rent.
gos nld Doe spreekst Duuts. Jij spreekt Duits.
gos nld Tom hiemt. Tom hijgt.
gos nld k Bin wis dat ons team winnen zel. Ik weet zeker dat ons team zal winnen.
gos nld Mieghommels hollen van sukker. Mieren houden van suiker.
gos nld Hai is nait mien voar. Hij is mijn vader niet.
gos nld Felesiteerd! Gefeliciteerd.
gos nld Houveul köst t bier? Hoeveel kost het bier?
gos nld Hest n helm? Heb je een helm?
gos nld Loof heur nait, zie lugt aaltied. Geloof haar niet, ze liegt altijd.
gos nld Spreekst doe Duuts? Spreek je Duits?
gos nld Hond migt tegen n boom. De hond pist tegen een boom.
gos nld Tom schreef n bouk. Tom schreef een boek.
gos nld k Hol van joe. Ik hou van jullie.
gos nld k Kin nait oetleggen. Ik kan het niet uitleggen.
gos nld Edik het n fenge smoak. Azijn heeft een scherpe smaak.
gos nld D'smook lait ons ogen troanen. De rook liet onze ogen tranen.
gos nld k Kin vlaigen. Ik kan vliegen.
gos nld Vandoag wil hai mekrail smoken. Vandaag wil hij makreel roken.
gos nld Mien peerd vil ien revier en n krokodil beet mien bain deròf. Mijn paard viel in de rivier en een krokodil beet mijn been eraf.
gos nld Houveul köst kilo praai? Hoeveel kost de kilo prei?
gos nld Wat biet joe? Wat bijt u?
gos nld Wenneer goan joe noar Uropa? Wanneer gaat u naar Europa?
gos nld Zai bleef. Ze bleef.
gos nld Moeke is oller as pabbe. Mama is ouder dan papa.
gos nld t Is hail kold. Het is heel koud.
gos nld t Pampier is wit. Het papier is wit.
gos nld k Kin zwemmen. Ik kan zwemmen.
gos nld Wie hikhakten over wèl òfwas doun mos. Wij ruzieden over wie de afwas moest doen.
gos nld k Gruide op mit heur. Ik groeide op met hen.
gos nld Endelk! Eindelijk!
gos nld Tom was n beetje doen. Tom was een beetje dronken.
gos nld Ik! Ik!
gos nld Nai, dainj. Nee, bedankt.
gos nld Wat biet die? Wat bijt jou?
gos nld Neefkes hollen van mie. Muggen houden van mij.
gos nld Belgie wordt "Belgique" ien t Fraans nuimd. België wordt "Belgique" genoemd in het Frans.
gos nld k Hoat t Fraans. Ik haat het Frans.
gos nld Wie binnen hail doen. We zijn heel dronken.
gos nld Tom is wies. Tom is wijs.
gos nld k Haar vruiger drij knienen. Ik had vroeger drie konijnen.
gos nld Doe zelst laanger leven as doe nait smookt. Je zal langer leven als je niet rookt.
gos nld Doe heurdest. Je hoorde.
gos nld Wenneer is t? Wanneer is het?
gos nld Geleufs doe ien de Poaskhoaze? Geloof je in de paashaas?
gos nld Joe blieven bie mie. Jullie blijven bij mij.
gos nld Hai plokt vruchten van zien aarbaid. Hij plukt de vruchten van zijn arbeid.
gos nld Minghui is mien kollegoa. Minghui is mijn collega.
gos nld Dainj, bruiers. Bedankt, broeders.
gos nld Elkenain drònk kovvie. Iedereen dronk koffie.
gos nld Bist soavonds altied thoes? Ben jij 's avonds altijd thuis?
gos nld t Is mien bus. Het is mijn bus.
gos nld Wie loven ien God. We geloven in God.
gos nld Breng mie edik en eulie, asjeblieft Breng me azijn en olie, alsjeblieft.
gos nld k Kin winnen. Ik kan zwemmen.
gos nld Hai kin zingen. Hij kan rennen.
gos nld Goan joe mit traain? Gaat u met de trein?
gos nld Lopen! Lopen!
gos nld Kiek oet! Kijk uit!
gos nld Hai kin nait zwemmen. Hij kan niet zwemmen.
gos nld Dainj, vrunden. Bedankt, vrienden.
gos nld Houveul krieg k? Hoeveel krijg ik?
gos nld Kin k zain? Kan ik zien?
gos nld Verget dat. Vergeet dat.
gos nld Wat? Jechteg? Wat? Echt?
gos nld k Kom oet Kanada. Ik kom uit Canada.
gos nld Geef mie n smok. Geef me een kus.
gos nld Toukommend! Volgende!
gos nld 't Is nog gain lìnte. Het is nog geen lente.
gos nld Zien pa sturf. Zijn vader stierf.
gos nld Hai aarft niks. Hij erft niks.
gos nld Heern smoakt lekker mit eerdappel. Haring smaakt lekker met aardappel.
gos nld Hebben joe Tom vonden? Heeft u Tom gevonden?
gos nld Zai smoken. Zij roken.
gos nld Luuster. Luister.
gos nld Wie binnen sikkom kloar. We zijn bijna klaar.
gos nld Woarom kwammen joe nait? Waarom kwamen jullie niet?
gos nld k Vin Dante beter as Milton Ik vind Dante beter dan Milton.
gos nld Moi. Hallo.
gos nld Goa. Ga!
gos nld Binnen der dikkere worrels? Zijn er grotere wortels?
gos nld Hai grouf n gat ien toen. Hij groef een gat in de tuin.
gos nld Is dat sukkeloa? Is dat chocolade?
gos nld Tom en k willen traauwen. Tom en ik willen trouwen.
gos nld ''Hou old bist?'' ''k Bin 16 joar old.'' "Hoe oud ben je?" "Ik ben 16 jaar."
gos nld Wie eten aaier. We eten eieren.
gos nld Zai runnen. Zij rennen.
gos nld Alens ging onmis. Alles ging fout.
gos nld k Heb heurd dat Tom en Maria goan noar Boston. Ik heb gehoord dat Tom en Maria naar Boston gaan.
gos nld Zai gruide op. Ze groeide op.
gos nld k Bin oafgunsteg. Ik ben jaloers.
gos nld k Lagde. Ik lachte.
gos nld Nederlaand importeert kovvie en ketoen. Nederland importeert koffie en katoen.
gos nld Kais! Kies!
gos nld k Kin nog aal vechten. Ik kan nog steeds vechten.
gos nld Zai waarkte. Zij werkte.
gos nld k Kom oet Zuud-Hollaand. Ik kom uit Zuid-Holland.
gos nld t Is sikkom veurbie. Het is bijna voorbij.
gos nld Joe bleven runnen. Jullie bleven rennen.
gos nld Doe atst. Je at.
gos nld 't Is mien faveriete eten. Het is mijn lievelingseten.
gos nld k Haar genog sìnten om dij klaid te kopen. Ik had genoeg geld om die jurk te kopen.
gos nld Hai ging veur n moand. Hij ging voor een maand.
gos nld Holden joe van eerbaaien? Houden jullie van aardbeien?
gos nld Dit is mien schoul. Dit is mijn school.
gos nld k Blief. Ik blijf.
gos nld k Kin mie nait heugen woar k auto loaten heb. Ik kan me niet herinneren waar ik de auto heb gelaten.
gos nld Schoul begunt op 8 april. De school begint op acht april.
gos nld Zai binnen staark. Ze zijn sterk.
gos nld Layla heur man is ien Egypte. Layla's man is in Egypte.
gos nld Joe binnen nait old. U bent niet oud.
gos nld Houveul toalen binnen der ien Uropa? Hoeveel talen zijn er in Europa?
gos nld Eten! Eten!
gos nld Neefkes ien Minnesota binnen groot as aaiberts. Muggen in Minnesota zijn zo groot als ooievaars.
gos nld Onmeugelk! Onmogelijk!
gos nld Tom was nait mien vrund drij joar leden. Tom was drie jaar geleden niet mijn vriend.
gos nld Kadde wast homzulf. De kat wast zichzelf.
gos nld Mien kadde holt van genoat. Mijn kat houdt van garnalen.
gos nld Dainj. Bedankt.
gos nld Was Maria nait dien poedie? Was Maria niet jouw vriendin?
gos nld Smiet t noar Tom. Gooi het naar Tom.
gos nld Woarom lagst? Waarom lach je?
gos nld Doe hest dien knip valen loaten. Je hebt je portemonnee laten vallen.
gos nld Dainj, Yukina. Bedankt, Yukina.
gos nld Heur laifde is wederzieds. Hun liefde is wederzijds.
gos nld Schrief! Schrijf!
gos nld Zai ging vot. Ze ging weg.
gos nld k Kin muilek oamen. Ik kan moeilijk ademen.
gos nld Hai is feng. Hij is scherp.
gos nld k Loof dat Tom mien vrund is. Ik geloof dat Tom mijn vriend is.
gos nld Broek sitrounsap ien ploats van edik. Gebruik citroensap in plaats van azijn.
gos nld k Eet visk. Ik eet vis.
gos nld Jannewoarie, feberwoarie, meert, april, maai, juni, juli, augustus, september, oktober, november, dezember. Januari, februari, maart, april, mei, juni, juli, augustus, september, oktober, november, december.
gos nld Zai hoatte fleddermoezen. Ze haatte vleermuizen.
gos nld Houveul betoalen joe? Hoeveel betaalt u?
gos nld k Kin wachten. Ik kan wachten.
gos nld t Koult nou hail gaauw òf. Het koelt nu heel snel af.
gos nld Tom mòt dòp wezen. Tom moet blut zijn.
gos nld k Kin nait bewegen. Ik kan niet bewegen.
gos nld Welkent is mienent? Welke is van mij?
gos nld Doe most bliede wezen. Je moet blij zijn.
gos nld Wel nuigst doe apmoal? Wie nodigde je allemaal uit?
gos nld Tom zaag bus. Tom zag de bus.
gos nld Tom wol nait mit mie traauwen. Tom wilde niet met me trouwen.
gos nld k Bin joen keunenk. Ik ben uw koning.
gos nld Wat biet joe? Wat bijt jullie?
gos nld Joe zuiken t woordenbouk. U zoekt het woordenboek.
gos nld Niks! Niks!
gos nld Sami verdween. Sami verdween.
gos nld k Haar ongeliek. Ik had ongelijk.
gos nld Mien man is ook n leroar. Mijn man is ook een leraar.
gos nld Zie waiten da'k oller bin as heur. Ze weten dat ik ouder ben dan zij.
gos nld Wie hebben vievenvattig. We hebben vijfenveertig.
gos nld Welke oplaaiden hest doan? Welke opleiding heb je gedaan?
gos nld Hai eet. Hij eet.
gos nld Dizze appelsienen kösten n dollar per haalfstieg. Deze sinaasapppels kosten een dollar per tiental.
gos nld Moi. Hoi.
gos nld Zai riedt mit heur auto. Ze rijdt met haar auto.
gos nld k Vroag die t zulfde. Ik vraag je hetzelfde.
gos nld Dit is feng. Dit is scherp.
gos nld Meg is even groot as Ken. Meg is even groot als Ken.
gos nld Zai gingen noar Nij-Zeelaand. Ze gingen naar Nieuw-Zeeland.
gos nld k Wil kovvie. Ik wil koffie.
gos nld Wie haren geliek. We hadden gelijk.
gos nld k Kin runnen. Ik kan rennen.
gos nld Hai is zo staark as n bol. Hij is zo sterk als een stier.
gos nld k Kin n kikker nait van n porre onderschaaiden. Ik kan een kikker niet van een pad onderscheiden.
gos nld t Is sikkom lìnte. Het is bijna lente.
gos nld Dizze houd komt oet Austroalie. Deze hoed komt uit Australië.
gos nld Mien toon is broken. Mijn teen is gebroken.
gos nld Kwamst thoes. Je kwam thuis.
gos nld k Heb gain hond. Ik heb geen hond.
gos nld Zai schraait. Ze huilt.
gos nld Oamst doe nog? Adem je nog?
gos nld Doe hest wat valen loaten. Je hebt wat laten vallen.
gos nld Nai. Nee.
gos nld n Bruier is as n scholder. Een broer is als een schouder.
gos nld Maauw. Miauw.
gos nld Kom allain. Kom alleen.
gos nld Joe blieven bie mie. U blijft bij mij.
gos nld Bloadjen valen saars òf. In de herfst vallen de bladeren af.
gos nld Dien boksem is soeterg. Je broek is vuil.
gos nld Bloumen bluien. Bloemen bloeien.
gos nld Vandoag is t vief meert. Vandaag is het vijf maart.
gos nld Tiene, elven, twaalfen, dattien, vattien, vieftien, zestien, zeuventien, aachttien, negentien, twinteg. Tien, elf, twaalf, dertien, veertien, vijftien, zestien, zeventien, achttien, negentien, twintig.
gos nld Oh nai, t is vraidag dattiende! Oh nee, het is vrijdag de dertiende!
gos nld Hai smookte. Hij rookte.
gos nld t Haar kop van n vraauw, t liggoam van n laiw, vleugels van n vogel en steert van n slaang. Het had het hoofd van een vrouw, het lichaam van een leeuw, de vleugels van een vogel en de staart van een slang.
gos nld Tom hoat worrels. Tom haat wortels.
gos nld Dien boksem is voel. Je broek is vuil.
gos nld k Kin t gras heuren gruien. Ik kan het gras horen groeien.
gos nld Nederlaanders bròchten eerdappels mit oet Jakarta. De Nederlanders brachten de aardappel mee uit Jakarta.
gos nld Dainj, Einstein! Bedankt, Einstein!
gos nld Zie is laank en nuver. Ze is lang en mooi.
gos nld John is op t vlaigveld. John is op het vliegveld.
gos nld Wel komt? Wie komt?
gos nld Hmm, sukkeloademelk! Mmm, warme chocolademelk!
gos nld t Waait. Het waait.
gos nld k Lait mien sleudels valen. Ik liet mijn sleutels vallen.
gos nld Zol k n pampieren puut hebben maggen. Zou ik een papieren zak mogen hebben?
gos nld Blief oamen. Blijf ademen.
gos nld Doe goast. Je gaat.
gos nld Wie hebben aaier. We hebben eieren.
gos nld Dizze bloume is swaart. Deze bloem is zwart.
gos nld Poaskaaier schildern is lúk. Paaseieren schilderen is leuk.
gos nld Tom het n dèl op zien waang. Tom heeft een litteken op zijn wang.
gos nld Perbaaier dizze ais. Probeer deze eens.
gos nld Mien allozie was stolen. Mijn horloge was gestolen.
gos nld Zai is aachte. Zij is acht.
gos nld Kennen joe dizze noaberschop. Kennen jullie deze buurt?
gos nld Tom kòcht ain lutje kopter. Tom kocht een drone.
gos nld Hai smookt. Hij rookt.
gos nld Goinoavend. Goedenavond.
gos nld Spreken joe Skots-Goals? Spreekt u Schots-Gaelisch?
gos nld Doe smooktest. Je rookte.
gos nld Wond atterde. De wond etterde.
gos nld Hai bleef thoes. Hij bleef thuis.
gos nld Zie deden heur helms òf. Ze deden hun helmen af.
gos nld Houveul aaier legt n mug? Hoeveel eieren legt een vlieg?
gos nld Houveul weegst doe? Hoeveel weeg je?
gos nld Wachtst aargenswoar op? Wacht je ergens op?
gos nld Dizze bloume is ros. Deze bloem is roze.
gos nld t Is ain april. Het is één april.
gos nld k Haar n dezain aaier neudeg. Ik had een dozijn eieren nodig.
gos nld Goeiedag, meneer! Goedendag, meneer!
gos nld Ain mieghommel beet mie. Een mier beet me.
gos nld Wat is dien stam? Wat is jouw achternaam?
gos nld k Kin blieven. Ik kan blijven.
gos nld Tom zaag autobus. Tom zag de bus.
gos nld Maria is Duuts. Maria is Duits.
gos nld Braand! Brand!
gos nld Wie kieken soavonds kiekkaast. We kijken 's avonds tv.
gos nld Hai vuilt hom nait zo goud. Hij voelt zich niet zo goed.
gos nld Studeerst doe? Studeer je?
gos nld Bestoat zai? Bestaat zij?
gos nld k Zaag bus. Ik zag de bus.
gos nld Hai droug n rode boksem. Hij droeg een rode broek.
gos nld Pak t golden aai. Pak het gouden ei.
gos nld k Loop. Ik loop.
gos nld Auwerk is noa Emden twijde grootste stad van Oostfraislaand. Aurich is na Emden de tweede grootste stad in Oost-Friesland.
gos nld Tom holdt van mie en k hol van hom. Tom houdt van mij en ik hou van hem.
gos nld Zet motblik asjeblieft ien bezzemkaast. Zet alsjeblieft de motblik in de bezemkast.
gos nld Zien klaainkiend woont ien Nederlaand. Zijn kleinkind woont in Nederland.
gos nld k Neem slik mit veur kiender. Ik neem snoep mee voor de kinderen.
gos nld Zeenkoorzen is n besmeddelke zaikte. Tyfus is een besmettelijke ziekte.
gos nld Hest appels? Heb je appels?
gos nld Wie eten altied om zes uur soavonds. Wij eten altijd om zes uur 's avonds.
gos nld Hai slaip. Hij sliep.
gos nld Mien noaber was nait ien hoes dou de kadde kwam. Mijn buurman was niet thuis toen de kat kwam.
gos nld Tom en ik binnen vrunden. Tom en ik zijn vrienden.
gos nld k Haar geliek. Ik had gelijk.
gos nld Somalie wor "as-Sumal" ien t Arabisch nuimd. Somalië wordt "as-Sumal" genoemd in het Arabisch.
gos nld Hai is n Saks. Hij is een Saks.
gos nld t Binnen aaier. Het zijn eieren.
gos nld Wat bin k muide. Wat ben ik moe.
gos nld Joa! Ja!
gos nld Dizze bloume is geel. Deze bloem is geel.
gos nld Hail vrumd. Heel vreemd.
gos nld Wie hebben allain thee. We hebben alleen maar thee.
gos nld k Hol van brommels. Ik hou van bramen.
gos nld k Heb beld. Ik heb gebeld.
gos nld Laifde is beter as seks. Liefde is beter dan seks.
gos nld Zai drinken kovvie. Zij drinken koffie.
gos nld Mien pa en moeke loadden heur auto aaltied vol mit eerdappels as zai op vekaanzie gingen. Mijn vader en moeder laadden hun auto altijd vol met aardappels als zij op vakantie gingen.
gos nld Zai bleef runnen. Zij bleef rennen.
gos nld k Heb wat pampier neudeg. Ik heb wat papier nodig.
gos nld Sukker! Suiker!
gos nld Wie gruien. We groeien.
gos nld Wel begunt? Wie begint?
gos nld k Goa noar t waark tou. Ik ga naar het werk.
gos nld Tom het n dik Skottisch aksìnt. Tom heeft een dik Schots accent.
gos nld Heurst mie? Hoor je mij?
gos nld Koierst? Wandel je?
gos nld Smookst doe? Rook je?
gos nld Visk smoakte noar solm. De vis smaakte naar zalm.
gos nld Joe motten liedzoam wezen. Jullie moeten geduldig zijn.
gos nld k Noader n kruuspunt. Ik nader een kruispunt.
gos nld Mien zuster holt van slik. Mijn zus houdt van snoep.
gos nld Houveul bruiers hest doe? Hoeveel broers heb je?
gos nld Zai hoat worrels. Ze haat wortels.
gos nld k Heb t waarm. Ik heb het warm.
gos nld k Kin oetleggen. Ik kan uitleggen.
gos nld Zai wonnen. Zij wonnen.
gos nld Wie mòtten goan. We moeten gaan.
gos nld Aine van dizze twij antwoorden is juust. Een van die twee antwoorden is goed.
gos nld Ik woon ien Nederlaand. Ik woon in Nederland.
gos nld Sami koos weg van islam. Sami koos het pad van de islam.
gos nld Joe spreken Duuts. U spreekt Duits.
gos nld k Wil mörgen nait waarken. Ik wil morgen niet werken.
gos nld Kiender hebben behuifte aan laifde. Kinderen hebben behoefte aan liefde.
gos nld Zai opende. Zij opende.
gos nld Planten gruien. Planten groeien.
gos nld Kais. Kies.
gos nld Hai hai, noaturelk. Ja, ja, natuurlijk.
gos nld Tom keek ien koelkaast. Tom keek in de koelkast.
gos nld Wie hebben n kollegoa ien Spaanje. We hebben een collega in Spanje.
gos nld Wizzen joe dit? Wist u dit?
gos nld Hai besefde dat e te loat was. Hij besefte dat hij te laat was.
gos nld Goa! Ga!
gos nld Doe hest dien buusdouk valen loaten. Je hebt je zakdoek laten vallen.
gos nld t Resept is genog veur zes lu. Het recept is genoeg voor zes mensen.
gos nld Hai sprak. Hij sprak.
gos nld Bestoan wie? Bestaan wij?
gos nld Hai het gain Komputer. Hij heeft geen computer.
gos nld Schoul begunt ien april. School begint in april.
gos nld Hai kin zwemmen. Hij kan zwemmen.
gos nld Hai het ain bruier en twij zusters. Hij heeft een broer en twee zussen.
gos nld Zai pruiven t eten. Zij proeven het eten.
gos nld Blief thoes. Blijf thuis.
gos nld Mien moeke het n schiere klaid veur mie moakt. Mijn moeder heeft een prachtige jurk voor me gemaakt.
gos nld t Is sikkom zummervekaanzie. Het is bijna zomervakantie.
gos nld Is Finlaand gevoarelk? Is Finland gevaarlijk?
gos nld Houveul zusters hebben joe? Hoeveel zussen hebben jullie?
gos nld Zai drinkt kovvie. Zij drinkt koffie.
gos nld Taiken n cirkel. Teken een cirkel.
gos nld Wie hebben t! We hebben het!
gos nld Tom en k binnen al sikkom datteg joar traauwd. Tom en ik zijn al bijna dertig jaar getrouwd.
gos nld Bus was vol. De bus was vol.
gos nld Wat eetst as ontbijt. Wat eet je als ontbijt?
gos nld Dit nais is nij veur mie. Dat nieuws is nieuw voor mij.
gos nld Kiek. Kijk.
gos nld Maria is betunteld. Maria is in de war.
gos nld Joe binnen old. U bent oud.
gos nld Zai kwam! Ze kwam!
gos nld Ik hol van mien gezwister. Ik hou van m'n broers en zussen.
gos nld Tom schrieft beter as k. Tom schrijft beter dan ik.
gos nld Zai smookt veul. Ze rookt veel.
gos nld As doe wilst. Als je wilt.
gos nld Italië is ien Uropa. Italië ligt in Europa.
gos nld k Zag heur. Ik zag hen.
gos nld k Heb mit mien boas sloapen. Ik heb met mijn baas geslapen.
gos nld Meschain kin k helpen. Misschien kan ik helpen.
gos nld k Hol van zoon van Tom Ik hou van Toms zoon.
gos nld Tammo eet geern n zwienegriener. Tammo eet graag een berenhap.
gos nld Nait soezen, moar broezen. Geen woorden, maar daden.
gos nld Doe was aan t gappen. Je was aan het stelen.
gos nld Mien zeun is aarg jonk moar wies. Zijn zoon is erg jong maar wijs.
gos nld t Was sikkom mirreg. Het was bijna middag.
gos nld Houveul? Hoeveel?
gos nld Zai smookt. Zij rookt.
gos nld Binnen wie ons sìnten vergeten? Zijn we ons geld vergeten?
gos nld Huifst dit nait aan elkenain te vertellen. Woarom zólst ien hemelsnoam soeterge was boeten deur hangen? Je hoeft dit niet aan iedereen te vertellen. Waarom zou je in hemelsnaam de vuile was buiten de deur hangen?
gos nld Mien kollegoa het n kollegoa. Mijn collega heeft een collega.
gos nld k Hoat Austroalie. Ik haat Australië.
gos nld Houveul betoalen joe? Hoeveel betalen jullie?
gos nld Tom is gain Engelsman. Tom is geen Engelsman.
gos nld Tom zaag dat Mary nait begreep wat hai heur vertellen wol. Tom zag dat Mary niet begreep wat hij haar wilde vertellen.
gos nld Tom zien fietse is stolen. Toms fiets is gestolen.
gos nld Doe slaipst. Je sliep.
gos nld Aine dij ien stad woont, wordt n stadjer nuimt. Iemand die in de stad woont, wordt een stedeling genoemd.
gos nld Komst doe? Kom je?
gos nld Zai holt nait van worrels. Ze houdt niet van wortelen.
gos nld k Wait nait of hai t wait. Ik weet niet of hij het weet.
gos nld Aal goud mit femilie? Alles goed met de familie?
gos nld Joe binnen old. Jullie zijn oud.
gos nld Joe kòchten n pappegoai. U kocht een papegaai.
gos nld Doe bloudst. Je bloedt.
gos nld Niks. Niks.
gos nld Kin k eten? Kan ik eten?
gos nld Woar? Waar?
gos nld Tom en k binnen batseg op ons zoon. Tom en ik zijn trots op onze zoon.
gos nld t Wintert. Het wordt winter.
gos nld k Hol van broaden kastanjes. Ik hou van gebraden kastanjes.
gos nld Zai vernaggeln toene. Ze vernielen de tuin.
gos nld Mien tannen binnen wit. Mijn tanden zijn wit.
gos nld k Spreek Duuts. Ik spreek Duits.
gos nld Wie hebben wien. We hebben wijn.
gos nld Wat is stolen? Wat is er gestolen?
gos nld Zunder kommentoar. Zonder commentaar.
gos nld Dizze bloume is wit. Deze bloem is wit.
gos nld Kin k liepen? Kan ik huilen?
gos nld Zai houstte. Ze hoestte.
gos nld Was t dien faveriet? Was het jouw favoriet?
gos nld k Roek kovvie. Ik ruik koffie.
gos nld k Bin nog gain grootmoe. Ik ben nog geen grootmoeder.
gos nld t Was aarg muilek. Het was erg moeilijk.
gos nld k Heb gain sinten. Ik heb geen geld.
gos nld Melk? Sukker? Melk? Suiker?
gos nld Nederlaand wordt ''Nederland'' nuimt ien t Nederlaands. Nederland wordt "Nederland" genoemd in het Nederlands.
gos nld Servetten binnen gloorvrai. De servetten zijn chloorvrij.
gos nld k Kin lopen. Ik kan lopen.
gos nld k Zel sukkeloa eten. Ik zal chocolade eten.
gos nld k Neem Tom nait terog. Ik neem Tom niet terug.
gos nld k Gruide op ien dat hoes. Ik groeide op in dat huis.
gos nld k Ston te grillen ien t tramhokje. Zo kòld was t. Ik stond te rillen in het tramhokje. Zo koud was het.
gos nld n Vrund van mie is lest oetgleden over n autoke dat zien zeun haar loaten pongeln op trap en het dou zien dikke toon broken. Een vriend van mij is laatst uitgegleden over een autootje dat zijn zoon had laten slingeren op de trap en heeft toen zijn grote teen gebroken.
gos nld Tom belst mie nooit meer. Tom belt me nooit meer.
gos nld k Leer. Ik leer.
gos nld Aarg lekker. Erg lekker.
gos nld Mien moeke het n schiere klaid veur mie moaken doun. Mijn moeder heeft een prachtige jurk voor me gemaakt.
gos nld Tom is bunzelachteg. Tom is nerveus.
gos nld Let mie oetleggen. Laat me het uitleggen.
gos nld Vraauwlu eerst. Dames eerst.
gos nld Smörgens drink k aaltied kovvie. Ik drink 's morgens altijd koffie.
gos nld Tom wol mit mie traauwen. Tom wilde met me trouwen.
gos nld t Kiend klausterde noar boven. Het kind klauterde naar boven.
gos nld Houveul toalen spreken joe? Hoeveel talen spreken jullie?
gos nld k Bin blieder nou. Ik ben nu blijer.
gos nld k Kin nait heksen! Ik kan niet alles tegelijk!
gos nld Kin k blieven? Mag ik blijven?
gos nld Tom joagt geern. Tom jaagt graag.
gos nld Maria lait heur potlood valen. Maria liet haar potlood vallen.
gos nld Mien voar het vief gezwister. Mijn vader heeft vijf broers en zussen.
gos nld k Heb gain kiekkaast. Ik heb geen televisie.
gos nld Hai is n mìnsk. Hij is een mens.
gos nld Xavier mattjet avokadostoet. Xavier verkoopt avocadobrood op de markt.
gos nld Zai zingt. Ze zingt.
gos nld Hai leerde. Hij leerde.
gos nld Wie kommen. We komen.
gos nld Hai viendt t fies. Hij vindt het vies.
gos nld Hai lopt noar binnen. Hij loopt naar binnen.
gos nld k Heb drij gezwister. Ik heb drie broers en zussen.
gos nld Zai ree mit auto. Ze reed met de auto.
gos nld Hai begunde. Je begon.
gos nld k Kom oet Winschoot. Ik kom uit Winschoten.
gos nld Open dien haart. Open je hart.
gos nld Winter kommt. De winter komt.
gos nld k Heb vandoag n dezain potloden kòcht. Ik heb vandaag een dozijn potloden gekocht.
gos nld Mien mes is feng. Mijn mes is scherp.
gos nld Luster goud. Luister goed.
gos nld Frankriek wordt "France" ien t Fraans nuimd. Frankrijk wordt "France" genoemd in het Frans.
gos nld Tom en k hebben drij dochters. Tom en ik hebben drie dochters.
gos nld Tom het geliek. Tom heeft gelijk.
gos nld Kin k t aanrouken? Kan ik het aanraken?
gos nld Tom is endelk aankommen. Tom is eindelijk aangekomen.
gos nld Hai sturf. Hij stierf.
gos nld Houveul köst n koamer? Hoeveel kost een kamer?
gos nld Hai laip noar hoes. Hij liep naar huis.
gos nld Hai spreekt Duuts. Hij spreekt Duits.
gos nld Wat leest doe? Wat lees je?
gos nld Hail aarg! Heel erg!
gos nld Dizze appelsienen binnen vermeukt. Deze appelsienen zijn verrot.
gos nld Is autobus stokkend? Is de bus kapot?
gos nld Dat is mien boksem. Dat is mijn broek.
gos nld Joe haren geliek. U had gelijk.
gos nld k Hol van joe. Ik hou van u.
gos nld Doe aarfst niks. Je erft niks.
gos nld Zet dat op pampier. Zet dat op papier.
gos nld Smeerst mie allain mor rötzood aan. Je smeert mij alleen maar rotzooi aan.
gos nld t Leven is stoer. Het leven is moeilijk.
gos nld Houveul toalen spreekst doe? Hoeveel talen spreek jij?
gos nld Breng mie asjeblieft edik en eulie. Breng me alsjeblieft azijn en olie.
gos nld k Bin veurege moand vervoaren. Ik ben afgelopen maand verhuisd.
gos nld Wie rieden mit bus. Wij rijden met de bus.
gos nld Tom goat nait traauwen. Tom gaat niet trouwen.
gos nld Wie konden niks zain, behaalven dook. We konden niets zien, behalve mist.
gos nld Tom haar geliek. Tom had gelijk.
gos nld Tom drinkt allain kovvie. Tom drinkt alleen koffie.
gos nld k Eet sukkeloa. Ik eet chocolade.
gos nld Zai kòcht. Zij kocht.
gos nld Sami was n engel. Sami was een engel.
gos nld Der zit n mug ien kovvie. Er zit een vlieg in de koffie.
gos nld Jong kòcht n bouk. De jongen kocht een boek.
gos nld Tom is n Bol. Tom is een Stier.
gos nld Doe leest. Je leest.
gos nld Kenst Tom zien voader? Ken je Toms vader?
gos nld Moi. Tot ziens.
gos nld Bus is vol. De bus is vol.
gos nld 't Is nog gain veujoar. Het is nog geen voorjaar.
gos nld Dainj veur kovvie. Bedankt voor de koffie.
gos nld Tom is betunteld. Tom is in de war.
gos nld k Bin vaaier week zwanger. Ik ben vier weken zwanger.
gos nld Doe bist old. Jij bent oud.
gos nld Mary is mien dochter. Mary is mijn dochter.
gos nld k Gruide op ien Boston. Ik groeide op in Boston.
gos nld Tom zingt beter as elkenain dij k ken. Tom zingt beter dan iedereen die ik ken.
gos nld Kopenhoaven is heufdstad van Denmaark. Kopenhagen is de hoofdstad van Denemarken.
gos nld Zai kon gainain ien t loug. Ze kende niemand in het dorp.
gos nld k Mag bier. Ik hou van bier.
gos nld Tom zegt dat Maria dòp is. Tom zegt dat Mary blut is.
gos nld Dat is tuut. Dat is kip.
gos nld Houveul köst koamer? Hoeveel kost de kamer?
gos nld Dat zel heur nait gelukkeg moaken. Dat zal haar niet gelukkig maken.
gos nld Plietsie! Politie!
gos nld Doe leerdest. Je leerde.
gos nld Dizze bloume is sangen. Deze bloem is paars.
gos nld Hai kin lezen. Hij kan lezen.
gos nld Motorrieders haren helms op. De motorrijders hadden helmen op.
gos nld Zai het grote stevels. Ze heeft grote laarzen.
gos nld Mag k n pampieren tas? Mag ik een papieren tas?
gos nld Zai dreugen òfwas. Zij drogen de afwas.
gos nld k Wil Tom terog. Ik wil Tom terug.
gos nld Kinnen joe mie zain? Kunt u me zien?
gos nld Hebben joe n geroazie? Hebben jullie een garage?
gos nld Lag! Lach!
gos nld Spreken joe Galizjoans? Spreken jullie Galicisch?
gos nld Wie hebben eten. We hebben eten.
gos nld Dou wat basilikum op pizza. Strooi wat basilicum over de pizza.
gos nld k Hol van praai en worst. Ik hou van prei en worst.
gos nld Tom het snok. Tom heeft de hik.
gos nld 't Is lìnte. Het is voorjaar.
gos nld Zai? Zij?
gos nld k Drink geern ananassap. Ik drink graag ananassap.
gos nld Tom drònk melk. Tom dronk melk.
gos nld Appels valen al in toene. De appels vallen al in de tuin.
gos nld Woar is mien swieniegel? Waar is mijn egel?
gos nld k Verlait mien man. Ik verliet mijn man.
gos nld Douden hai mie zaag, begunde hai te runnen. Toen hij me zag, begon hij te rennen.
gos nld k Woon ien de Stad. Ik woon in de stad Groningen.
gos nld Wees nait vergrèld. Wees niet boos.
gos nld Zie is n goie leugender. Zij is een goede leugenaar.
gos nld Dizze appels köstten nait veul. Deze appels kostten niet veel.
gos nld Atlantische ozeoan schaaidt Amerika van Uropa. De Atlantische Oceaan scheidt Amerika van Europa.
gos nld Kin k begunnen? Kan ik beginnen?
gos nld Moi! Hé!
gos nld Worrel of benoan? Wortel of banaan?
gos nld k Schreef n braif ien t Fraans. Ik schreef een brief in het Frans.
gos nld Hebben wie nog edik? Hebben we nog azijn?
gos nld Hou wied vot? Hoe ver?
gos nld Hai perbaaiert t. Hij probeert het.
gos nld k Nuigde elkenain veur t feestke. Ik nodigde iedereen voor het feestje uit.
gos nld k Wil n stuk pampier. Ik wil een stuk papier.
gos nld Kinst doe mie leren gappen? Kun je me leren stelen?